Kwallen zijn een vertegenwoordiger van het type coelenteraten, waarvan er meer dan 9000 soorten zijn. De meeste komen veel voor in de zeeën. Er zijn beide bevestigde vormen - poliepen en vrij zwevende organismen - kwallen.
instructies:
Stap 1
Alle coelenteraten, inclusief kwallen, zijn meercellige tweelaagse dieren. Ze hebben een darmholte en radiale (radiale) symmetrie. De darmholte communiceert alleen met de omgeving via de orale opening. De processen van zenuwcellen vormen de zenuwplexus. Holten leven alleen in water, voornamelijk in de zeeën, leiden een roofzuchtige levensstijl en gebruiken stekende cellen om prooien te vangen en te beschermen tegen vijanden.
Stap 2
Het geleiachtige lichaam van de kwal lijkt op een paraplu. Aan de onderkant in het midden is er een mond en langs de randen van het lichaam zijn er beweegbare tentakels. De beweging van een kwal in de waterkolom lijkt op "straalaandrijving": hij verzamelt water in een paraplu, snijdt deze vervolgens scherp en gooit het water eruit, waardoor de bolle kant naar voren beweegt.
Stap 3
Samen met alle coelenteraten zijn kwallen roofdieren die hun prooi doden met giftige stekende cellen. In contact met sommige kwallen (bijvoorbeeld een spin die in de Zee van Japan leeft), kan een persoon zich verbranden.
Stap 4
Maar zulke coelenteraten zwemmen, net als poliepen, niet in het water, maar zitten roerloos in de kloven van de rotsen. Ze zijn meestal fel gekleurd en hebben verschillende bloemkronen van korte, dikke tentakels. Zeepoliepen liggen op de loer op de prooi, blijven op één plaats of bewegen zich langzaam langs de bodem. Ze worden gevoed door sedentaire dieren, die worden gevangen door roofdieren met tentakels.
Stap 5
Veel mariene coelenteraten vormen kolonies. Een jonge poliep gevormd uit een nier scheidt zich niet van het lichaam van de moeder, zoals bij een zoetwaterhydra, maar blijft eraan vastzitten. Al snel begint hij zelf nieuwe poliepen te ontkiemen. In de op deze manier gevormde kolonie communiceren de darmholten van de dieren met elkaar en wordt het voedsel dat door een van de poliepen wordt gevangen, door iedereen opgenomen. Koloniale poliepen raken vaak bedekt met een kalkhoudend skelet.
Stap 6
In tropische zeeën in ondiepe wateren kunnen koloniale poliepen dichte nederzettingen vormen - koraalriffen. Deze kolonies, bedekt met een sterk kalkhoudend skelet, belemmeren de scheepvaart ernstig.
Stap 7
Vaak vestigen deze koralen zich langs de oevers van het eiland. Wanneer de zeebodem afdaalt en het eiland in het water wordt ondergedompeld, coelentereert, blijft groeien, blijft aan de oppervlakte. Vervolgens worden daaruit karakteristieke ringen gevormd - atollen.