Het chippen van dieren heeft een aantal voordelen. Het biedt levenslange identificatie en dient als een soort bewijs dat het dier tot een bepaalde persoon behoort, en helpt daarom bij diefstal en verlies van huisdieren. Daarnaast maakt de aanwezigheid van de chip het mogelijk om het onderhoud van de veterinaire kaart te automatiseren. En tot slot is de chip nodig als het dier naar sommige landen wordt geëxporteerd.
De microchip wordt door fabrikanten verkocht samen met een wegwerpspuit, waarmee deze in het lichaam van het dier wordt geïmplanteerd. Microchips worden in speciale capsules van biologisch glas geplaatst, met als belangrijkste voordeel een hoge mate van compatibiliteit met lichaamsweefsels. De microchip kan zowel door een ervaren dierenarts als door de eigenaar van het dier worden ingebracht, mits hij weet hoe hij op de juiste manier onderhuids moet inspuiten. Als u niet zeker weet of u de juiste injectie kunt geven, zoek dan professionele hulp.
Eerst moet u de chip scannen met een speciaal apparaat. Het is een feit dat het misschien niet werkt, en dan heeft injectie geen zin. Als de chip correct is gescand, kunt u de implantatieprocedure starten. Neem ontsmettingsalcohol, week er watten in en veeg de huid van het dier af op de plek waar u wilt injecteren. Bij honden en katten wordt de chip meestal onder de huid op de rug tussen de schouderbladen geïmplanteerd. Net als bij andere dieren kan de chip ook subcutaan in andere delen van het lichaam worden geïnjecteerd, dus het is de moeite waard om vooraf duidelijk te maken hoe de implantatie in een bepaald geval wordt uitgevoerd. Zo wordt de chip bij varkens achter het oor geplaatst, bij vogels in de borst en bij paarden in de nek.
Na het behandelen van de injectieplaats, steekt u de naald voorzichtig onder uw huid in een hoek van ongeveer 30 graden. Druk daarna op de zuiger van de spuit met de chip en laat deze helemaal naar beneden zakken. Verwijder de naald en veeg de injectieplaats opnieuw af met alcohol. De implantatie van de chip veroorzaakt geen ernstige pijn voor het dier en het ongemak wordt voornamelijk geassocieerd met het inbrengen van de naald, dus voorafgaande anesthesie is niet vereist. Het is echter raadzaam dat iemand het huisdier tijdens de injectie vasthoudt, zodat het niet kan ontsnappen. Scan na het voltooien van de procedure de geïmplanteerde chip en zorg ervoor dat de informatie ervan correct wordt gelezen. Vul tot slot het chipnummer in op het veterinair paspoort en vermeld de datum van chippen.